U bent op de KWS-website voor Nederland. Er bestaat een alternatieve webpagina in uw land voor deze pagina: Wilt u nu veranderen?
Verander nu
  • Voorbereiding van een DNA-monster in het laboratorium
    Kruising en selectie

Kruising en selectie

Overzicht

In een notendop

Ouderplanten die de gewenste eigenschappen bezitten worden met elkaar gekruist.

Het zaad van de grootste en meest productieve planten wordt opnieuw gezaaid.

Voordelen

Oorspronkelijk en fundamenteel type plantenveredeling

Nadelen

Vergt veel tijd om het gewenste resultaat te bereiken

Ontstaan

Selectie sinds ongeveer 12.000 v.C. in het huidige Anatolië en het Zagrosgebergte (tegenwoordig Iran). Onderzoek naar kruisveredeling sinds 1855 door Gregor Mendel (wetten van Mendel).

Kruising

Kwekers willen optimaal aangepaste gewassen aan landbouwers leveren. Daarvoor moeten veel positieve eigenschappen in één rassen gecombineerd worden. Gewenste eigenschappen zijn een goede opbrengst, resistentie tegen ziekteverwekkers, een hoge zetmeel-, eiwit- of suikerinhoud en een goede standvastheid op het veld. Om al deze eigenschappen in één ras te kunnen combineren worden ouderplanten die de gewenste eigenschappen dragen met elkaar gekruist. Dit geeft een generatie nakomelingen.

In het gunstigste geval bezitten enkele individuele planten de positieve eigenschappen van beide ouderplanten. Alleen dan heeft de kruising het gewenste resultaat opgeleverd. In een volgende stap kruisen kwekers deze nakomelingen met andere planten die andere wenselijke eigenschappen hebben. Na herhaald kruisen ontstaat zo een nieuwe lijn die uiteindelijk alle gewenste eigenschappen bezit en kan na verschillende proeffasen als een nieuw ras worden geregistreerd. Dit proces is tijds- en arbeidsintensief. Het moet over meerdere jaren zorgvuldig gepland en uitgevoerd worden.

Na de eerste kruising van twee ouderplanten (helemaal links), kruisen kwekers keer op keer nieuwe planten in de nakomelingen. Tot slot - vaak pas na vele jaren - wordt een plant met de gewenste eigenschappen verkregen.

Na de eerste kruising van twee ouderplanten (helemaal links), kruisen kwekers keer op keer nieuwe planten in de nakomelingen. Tot slot - vaak pas na vele jaren - wordt een plant met de gewenste eigenschappen verkregen.

Selectie (screening)

Selectie (ook wel screening genoemd) is de oudste vorm van plantenveredeling. Zo'n 12.000 jaar geleden begon de mens met het verbouwen van wilde granen. De eerste boeren hielden gericht het zaad van de grootste en meest productieve planten achter. Deze zaden werden het jaar daarop opnieuw gezaaid en alle andere planten werden voor de vermeerdering uitgesloten. Daardoor hebben de gewenste eigenschappen van de planten zich door de tijd heen steeds meer laten gelden. Op deze manier werd onder andere de opbrengst verhoogd.

Als dit selectieproces vaak genoeg wordt herhaald, blijven er uiteindelijk - met betrekking tot de geselecteerde eigenschappen - vrijwel alleen homozygote planten over die de gewenste eigenschappen bezitten. Zonder kennis te hebben van de genetische principes zijn de eerste boeren er in geslaagd gewassen selectief te veredelen door zorgvuldige observatie en ervaring. Een van de eerste gecultiveerde graangewassen was wilde eenkoorn (Triticum urartu). Dit vormt slechts enkele kleine korrels en de aren zijn bros. Een constante selectie van de beste individuele planten leidde tot gecultiveerde eenkoorn (Tritiummonococcum) met grotere korrels en stevige aren.

Het principe van selectie: Kwekers houden bijvoorbeeld het zaad van de grootste planten van een gewas achter. Dit zaad wordt het jaar daarop opnieuw gezaaid. In de loop van (tientallen) jaren zullen de gewenste grotere planten overheersen.

Het principe van selectie: Kwekers houden bijvoorbeeld het zaad van de grootste planten van een gewas achter. Dit zaad wordt het jaar daarop opnieuw gezaaid. In de loop van (tientallen) jaren zullen de gewenste grotere planten overheersen.

Uw contact